Waarom knuffelen we eigenlijk? Veel mensen vragen zich het wel eens af, maar niemand weet er echt een antwoord op.
Als we elkaar een knuffel geven komt de stof oxytocine vrij. Oxytocine wordt ook wel het knuffelhormoon genoemd. Deze stof zorgt ervoor dat je dat warme, veilige gevoel krijgt als u knuffelt.
U krijgt op dat moment het gevoel van vertrouwen en verbintenis. Deze gevoelens helpen ons om een connectie te krijgen. Connecties worden met de jaren waardevoller. De eenzaamheid die met de jaren komt, kan de kans op stress en ziekte verhogen. Uit onderzoek is gebleken dat door te knuffelen het gevoel van eenzaamheid verminderd wordt.
Zelfs het omarmen van een voorwerp, zoals knuffels, kussens en zelfs een plant kan er voor zorgen dat u zich minder eenzaam voelt.
Aanraken en knuffelen hebben de functie om mensen gerust te stellen op momenten wanneer dat nodig is. Hierdoor kan een knuffel existentiële veiligheid geven voor iemand die bijvoorbeeld zijn weg kwijt is.
Ook een extra voordeel is dat het knuffelhormoon de kans op hartziektes verminderd. Als u namelijk knuffelt, geven de receptoren in uw huid signalen af naar de zenuw: vagus. Deze zenuw heeft de kracht om je hartslag te kalmeren. Dit zorgt er weer voor dat u bloeddruk zakt, en u rustig wordt.
Dus wees gul met u knuffels!