Menu
Spaargeld & Pensioen

Nederlander spaart voor slechtere tijden

Nederland spaart om werkeloosheid, tegenvallend pensioen en stijgende woonlasten op te vangen.

Leeuwarden, 18 januari 2011 – Het merendeel van de Nederlandse spaarders verwacht dat hun spaargeld  direct vrij opneembaar is en zij wensen een minimaal spaarrentepercentage van 3,4%, een percentage dat behoorlijk afwijkt van het gemiddelde spaartarief op dit moment. Toch weet 31% van hen niet welk rentepercentage zij nu op hun spaargeld ontvangen. Deze opvallende cijfers blijken uit onderzoek in opdracht van Friesland Bank onder 1000 Nederlanders met minimaal 5.000 euro spaartegoed. Meer dan driekwart van deze spaarders is wel van mening dat zij meer rente verdienen naarmate hun spaargeld langer bij dezelfde bank is ondergebracht. Een klimspaardeposito voldoet daarmee aan hun verwachtingen. De reden waarom de Nederlander met name spaart: tweederde legt hiermee een buffer aan voor financieel slechtere tijden.

Folkert Fennema, Commercieel Directeur van Friesland Bank, over de resultaten: “Wij merken de laatste tijd dat spaarders vaker actief op zoek gaan naar een hogere rente. Zij zien de gemiddelde spaarrente eerder als ondergrens in plaats van de redelijke rente op hun eigen spaargeld. Dat vraagt van een bank meer begrip en flexibiliteit afhankelijk van de klantwens. De reden waarom wij inmiddels het rentepercentage op ons klimspaardeposito op 4,5% over het laatste jaar hebben gezet.”

Ouderen verwachten laagste rente
De Nederlandse spaarder verwacht minimaal 3,4% rente op zijn spaargeld. Vrouwen verwachten een tiende procent minder, mannen juist een tiende meer. Opvallend is dat mannen in de studerende leeftijdsklasse (18-24 jaar) veruit de meeste rente verwachten met een gemiddeld percentage van 4,0%. Gepensioneerden (65+) zijn in hun verwachting het meest gematigd en willen slechts 3,1% ontvangen.

Spaartegoed in balans
Ondanks de naweeën van de financiële crisis, lijkt bij de Nederlandse spaarder het spaartegoed nog redelijk in balans. Zo geeft meer dan de helft van de spaarders aan dat het volume van hun spaartegoed het afgelopen jaar min of meer hetzelfde is gebleven. Zij hebben hun spaartegoed niet met meer dan 10% zien dalen, noch met minimaal hetzelfde percentage zien stijgen. Bijna een kwart van de spaarders heeft wel meer dan 10% moeten interen op hun gestalde vermogen. Dit kwam met name door opnames om de dagelijkse onkosten te kunnen dekken. Het overige kwart heeft het spaargeld met meer dan 10% zien stijgen. Zij hebben over het algemeen een deel van hun inkomen, gekregen bonus of vakantiegeld kunnen bijschrijven.

Top 5 bestemming spaargeld
Nederlanders kiezen nog altijd voor zekerheid. Sparen is voor de meeste van hen dan ook nog steeds een middel om een buffer aan te leggen voor tijden waarin het financieel minder kan gaan. Een mogelijk tegenvallend pensioen, de kans op werkeloosheid en een stijging van woonlasten worden daarbij vaak als voorbeelden genoemd. De top 5 van bestemmingen waarvoor Nederland spaart, ziet er als volgt uit:

1.     Financiële buffer voor slechtere tijden

2.     Vakantie(s)

3.     Oude dag

4.     Aanschaf van luxe goederen

5.     Kinderen

Onder de spaarders die met hun spaargeld een vakantie zouden willen bekostigen, zijn reizen naar Australië en de Verenigde Staten het meest favoriet.