Menu
Sport & Beweging

Wat zijn de spelregels van Waterpolo

waterpolo

Afgelopen olympische spelen deed ook Nederland mee aan Waterpolo. Waterpolo is een uitdagende en zware sport in het water. Wat zijn de spelregels van deze sport?

Wat is Waterpolo

Waterpolo heeft in de basis wel wat weg van handbal. De sport vraagt veel uitgangsvermogen doordat alles zich afspeelt in het water. Kracht, zwemtechniek en goed kunnen gooien is van belang om een lekker potje waterpolo te kunnen spelen.

Het speelveld

De minimale afmetingen van het speelveld zijn 10 meter breed en 20 meter lang. Aan beide kanten van het speelveld bevinden zich in het midden van de achterlijn het doel. Het doel is 3 meter breed en 0,90 meter hoog. Het spel is verder opgedeeld in lijnen, de doellijn, de 2-meterlijn 5-meterlijn en de middenlijn. De doellijn is net als bij voetbal de lijn waar de bal overheen moet om te scoren. De 2-meterlijn ligt voor de doellijn, hier mag een aanvallende speler zich niet zonder bal in bevinden. De 5-meterlijn ligt 5 meter voor het doel en wordt vooral gebruikt voor straffen. Een vrije bal buiten de 5 meter mag direct op het doel, dit mag binnen de 5-meterlijn niet. De middellijn vormt het midden van het speelveld.

Waterpolo wordt gespeeld met een speciale bal. De bal heeft veel grip waardoor de spelers de bal gemakkelijk in 1 hand kunnen houden en kunnen gooien. Veldspelers mogen de bal maar met 1 hand tegelijk aanraken. Keepers mogen wel 2 handen gebruiken. De bal mag niet onderwater komen terwijl een veldspeler deze vast heeft. De tegenpartij mag wel speler onderwater duwen om een vrije worp af te dwingen. Het waterpolo team bestaat uit 6 veldspelers en een keeper. Het thuis en uit spelende team is te herkennen aan de witte en blauw badmutsen. De opvallende oorbeschermers zijn nodig tegen de grote druk van een bal die tegen de oren gegooid kan worden.

Wedstrijd regels

Een wedstrijd waterpolo is opgedeeld in 4 periodes van maximaal 8 minuten zuivere speeltijd. De tijd wordt tijdens een overtreding stil gelegd. Na 2 periodes wordt er van kant gewisseld. De aanvallende partij heeft 30 seconden om een schot op doel te doen, daarna is de tegenpartij aan de beurt. Een speler mag zich niet afzetten van de bodem, hier kan de tegenpartij een vrije worp voor krijgen. Wanneer een speler een tegenstander vasthoudt of de bal weggooit na een fluitsignaal van de scheidsrechter kan dit bestraft worden met 20 seconden straf in de hoek van het bad.

Natuurlijk zijn er nog veel regels en uitzonderingen op waterpolo maar dit is de eerste basis. Waterpolo is leuk om een keer te proberen of te volgen via de televisie.